Online collections

hobbycollections.info

 

Site-index (in Engels)  » in het Nederlands » Nederlands Indiё

Nederlands Indiё munt

 

Prijzen zijn in euro

2 stuiver (2 stuiverbonk)

voorzijde: 2 Si in rechthoek keerzijde: jaartal in rechthoek metaal: koper; gewicht: ca. 30 gram

2 stuiver2 stuiver

1818

1819

(geslagen te Soerabaia)

15,-

35,-

F ZF

40,- 120,-

90,- 225,-

 

1 stuiver (stuiverbonk)

voorzijde: I Ss in rechthoek keerzijde: jaartal in rechthoek metaal: koper; gewicht: ca. 15 gram

1 stuiver

1818

(geslagen te Soerabaia)

15,- 40,- 120,-

 

1/2 stuiver (1/2 stuiverbonk)

voorzijde: 1/2 Si in rechthoek keerzijde: jaartal in rechthoek metaal: koper; gewicht: ca. 7,5 gram

1/2 stuiver

1818 30,- 70,- 185,-

(geslagen te Soerabaia)

van al deze bonken bestaan veel variaties door het gebruik van een groot aantal stempels; ook in het gewicht kunnen grote verschillen voorkomen

 

1/2 stuiver

voorzijde: gekroond Nederlands wapen tussen 1/2 - St keerzijde: ster, NEDERL. INDIE, jaartal en muntmeesterteken metaal: koper: gewicht: ca. 6 gram

diameter: 25 mm; rand: glad

1/2 stuiver

muntteken: geen (geslagen te Utrecht) muntmeesterteken: S (J. D. C. Suermondt)

F

ZF

P

FDC

1821

10.000.000

3,50

7,-

20,-

35,-

1822

7.000.000

3,50

12-

28,-

45,-

1823

19.000.000

3 50

7 -

20 -

35

1824

5.500.000

4,50

15’-

30,-

60,-

1825

42.000.000

3.50

7,-

20,-

35,-

1826

66.000.000

3,50

7,-

15-

25,-

 

1/2 stuiver

voorzijde: gekroond Nederlands wapen tussen '/z - Si, onder het wapen G; wapenschild dubbellijnig

keerzijde: ster, INDIAE BATAV:, jaartal

metaal: koper; gewicht: ca. 6 gram

diameter: 27 mm; rand: glad

1/2 stuiver

muntteken: geen (geslagen te Soerabaia) muntmeesterteken: geen

1818

4.50

12,-

30.-

60.-

1819

4.50

12,-

30,-

60.-

1820

4,50

12,-

30.-

60,-

F

ZF

P

FDC

als voorgaand, echter zonder G. onder hel

: wapen

1820

4,50

12,-

12,-

30,-

30,-

60.-

60,-

1821

4,50

als voorgaand,

wapenschild enkellijnig en

kruisje op de kroon

1821

7,-

20,-

45,-

80.-

1822

4,50

10,-

28-

45.-

1823

4,50

10.-

28-

45.-

1824

4,50

10,-

28-

45.-

1825

4,50

10,-

28-

45.-

1826

7

20.-

40,-

70.-

er bestaan veel variaties door het gebruik van een groot aantal verschillende stempels

 

1/4 stuiver

voorzijde: gekroond Nederlands wapen tussen 'A - St keerzijde: ster, NEDERL. INDIE, jaartal en muntmeesterteken metaal: koper; gewicht: ca. 3 gram

diameter: 21 mm; rand: glad

1/4 stuiver

muntteken: geen (geslagen te Utrecht) muntmeesterteken: S (J. D. C. Suermondt)

1822

30.000.000

2,50

7-

20,-

30.-

1823

29.000.000

2,50

7,-

20.-

30.-

1824

26.000.000

2,50

7,-

20.-

30.-

1825

125.000.000

1,-

4.50

12,-

20.-

1826*

208.000.000

0.50

2,-

7,-

12.-

1836*

33.453.000

2,50

7.-

20.-

30.-

er bestaan variaties door het gebruik van verschillende stempels

van de 14 stuivers met het jaartal 1826 en 1836 bestaan veel Engelse vervalsingen, ze zijn geslagen op lichte en zeer dunne muntplaatjes

 

1/8 stuiver

voorzijde: gekroond Nederlands wapen tussen 1/8 - S> keerzijde: ster, NEDERL. INDIE, jaartal en rnuntmeesterteken metaal: koper; gewicht: ca. 1,5 gram

diameter: 18 mm; rand: glad

1/8 stuiver

muntteken: geen (geslagen te Utrecht) rnuntmeesterteken: S (J. D. C. Suermondt)

F

ZF

P

FDC

1822

1.300.000

12-

25,-

45,-

70,-

1823

33.OOO.OOO

4,50

10,-

20,-

35,-

1824

21.000.000

5,-

12,-

25,-

40,-

1825

44.000.000

4,50

10,-

20,-

35,-

1826

69.000.000

3,50

7,-

16,-

30,-

 

Dubbele duit

voorzijde: gekroond stadswapen van Utrecht, gehouden door twee leeuwen

keerzijde: ster, monogram VOC, jaartal

metaal: koper; gewicht: 6,18 gram

diameter: 25 mm; rand: glad

Dubbele duit

muntteken: geen (geslagen te Soerabaia en Batavia) rnuntmeesterteken: geen

1790

3,50 7- 16,- 30,-

(geslagen tijdens de regeringsperiode van Willem II tussen 1840-1843)

 

Duit

voorzijde: gekroond stadswapen van Utrecht, gehouden door twee leeuwen

keerzijde: ster, monogram VOC, jaartal

metaal: koper, gewicht: 3,09 gram

diameter: 21 mm; rand: glad

Duit

muntteken: geen (geslagen te Utrecht) muntmeesterteken: gebakerd kindje

F ZF P FDC 1790 2,50 7,- 14,- 35,-

(geslagen tijdens de regeringsperiode van Willem I in 1817 of later)

als voorgaand

muntteken: geen (geslagen te Utrecht)

muntmeesterteken: geen

1790 2,50 4,50 12,- 25.-

(geslagen tijdens de regeringsperiode van Willem I in 1827)

als voorgaand

muntteken: geen (geslagen te Soerabaia en Batavia) muntmeesterteken: geen

1790 2,50 4,50 12,- 25 -

1790 overslag ster/gebakerd kindje 3,50 7,- 25,- 45,-

(geslagen te Soerabaia tijdens de regeringsperiode van Willem II tussen 1840-1843)

 

Halve duit

als voorgaand

metaal: koper; gewicht: 1,55 gram

diameter: 18 mm: rand: glad

Halve duit

muntteken: geen (geslagen te Soerabaia en Batavia) muntmeesterteken: geen

1790 90,- 180,- 450,- 700,-

(geslagen tijdens de regeringsperiode van Willem II tussen 1840-1843)

 

Halve duit

voorzijde: gekroond Nederlands wapen tussen 5 - 1/16, onder het wapen G.; wapenschild dubbellijnig

keerzijde: ster tussen twee punten, INDIAE BATAV:, jaartal en muntmeesterteken

metaal: koper; gewicht: 3,62 gram

diameter: 21 mm; rand: glad

Halve duit

muntteken: geen (geslagen te Amsterdam) muntmeesterteken: H (H. de Heus)

F ZF P FDC

1814

135,-

225,-

375,-

600,-

1815

6,-

10,-

25,-

45,-

1816

6-

10,-

25,-

45,-

als voorgaand; ster zonder punten muntteken: geen (geslagen te Utrecht) muntmeesterteken: S (J. D. C. Suermondt)

1816 6- 10,-

(geslagen tussen 1820-1822)

25,- 40,-

als voorgaand, ster tussen twee punten muntteken: geen (geslagen te Soerabaia) muntmeesterteken: geen; gewicht: ca. 3 gram

1816

15 -

35 -

45

70

1818

3,50

7,-

15.-

25,-

1819

7,-

14,-

25.-

45,-

1820

3.50

7,-

15.-

25,-

1821

4.50

10.-

20.-

40,-

als voorgaand, wapenschild enkellijnig

1821

4,50

10,-

18,-

35,-

1822

3 50

7 -

15

25

1823

4.50

10.-

20.-

35,-

1824

7,-

14,-

25.-

45,-

1825

3.50

7,-

15.-

25,-

1826

14,-

30,-

60.-

100,-

er bestaan variaties door het gebruik van verschillende stempels

 

Halve duit

voorzijde: gekroond Nederlands wapen tussen 5 - 1/32, daaronder G. keerzijde: ster tussen twee punten INDIAE BATAV:, jaartal en munt-meesterteken

metaal: koper; gewicht: 1,81 gram

diameter: 16 mm; rand: glad

Halve duitHalve duit

muntteken: geen (geslagen te Amsterdam) muntmeesterteken: H (H. de Heus)

F ZF P FDC 1814

1815 3,50 10,- 25,- 40.-

1816 3,50 7,- 22,- 35,-

als voorgaand; ster zonder punten gewicht: 1,5 gram muntteken: geen (geslagen te Utrecht) muntmeesterteken: S (J. D. C. Suermondt)

1816 23.817.800 3,50 10.- 25,- 40,-

(geslagen tussen 1820-1822)

 

Halve duit

voorzijde: gekroond Nederlands wapen tussen 5 - 1/32, daaronder G. keerzijde: ster tussen punten INDIAE BATAV:, jaartal metaal: koper; gewicht 1,5 gram

diameter: 16 mm; rand: glad

Halve duit

muntteken: geen (geslagen te Soerabaia) muntmeesterteken: geen

1816

1821

1822

7,-4,50

4,50

14,-

10,-

10,-

35.-

25,-

25.-

60.-

40.-

40,-

als voorgaand, wapenschild dubbellijnig

1816

7-

14,-

35.-

60,-

1818

7,-

14,-

35-

60,-

1821

4,50

10,-

20.-

35,-

1822

4,50

10.-

20.-

35,-

er bestaan veel variaties door gebruik van verschillende stempels

 

2 cent (werd gangbaar verklaard als dubbele duit)

voorzijde: gekroond Nederlands wapen tussen 2-0 keerzijde: ster, NEDERL. INDIE, jaartal en muntmeesterteken metaal: koper; gewicht: 6,18 gram; diameter: 26 mm; rand: glad

2 cent

muntteken: geen (geslagen te Soerabaia) muntmeesterteken: D (Kapt. Demmenie)

P

FDC

F

ZF

1833 11.304.880* 45,-

* inclusief 1833 muntmeesterteken V

115,-

225,-

350,-

als voorgaand

muntmeesterteken: V (K.J. de Vogel)

1833

11.304.880*

4.50

10,-

30,-

45,-

1834

32.997.121

3,50

7,-

16,-

28,-

1835

24.627.041

3,50

7,-

16,-

28,-

1836

48.612.264

3,50

7,-

16,-

28,-

1837

54.811.996**

2,50

4,50

12-

20,-

* inclusief 1833 muntmeesterteken D

** te zamen met 1837 muntmeesterteken J

als voorgaand muntmeesterteken: J (L.J. Jeekel)

1837* 54.811.996** 4,50

10,-

20,-

35,-

1838 93.808.583 4.50

10,-

20-

35,-

1839 90.963.825*** 4,50 10,-

  • * bestaat met platte en ronde drie in het jaartal

  • * * te zamen met 1837 muntmeesterteken V

  • * ** te zamen met 1839 muntmeesterteken W

20,-

35,-

als voorgaand

muntmeesterteken: W (C.H. Willmans)

1839

90.963.825*

6,-

12,-

27,-

40,-

1840

98.086.080

6,-

12,-

27,-

40,-

1841

115.320.993

7,-

13,-

32.-

45,-

* te

zamen met 1839 muntmeesterteken J

de slagaantallen van 1840-1841 zijn niet veelzeggend omdat daarin ook het aantal dubbele duiten met VOC en het jaartal 1790 is opgenomen;

er bestaan veel variaties door het gebruik van verschillende stempels

 

 

1 cent (werd gangbaar verklaard als duit)

als voorgaand, doch met 1 Cl

metaal: koper; gewicht: 3,09 gram; diameter 20 mm; rand: glad

1 cent

muntteken: geen (geslagen te Soerabaia) muntmeesterteken: D (Kapt. Demmenie)

F

1833 21.777.716* 45,-

* inclusief 1833 muntmeesterteken V

ZF P FDC

115,- 225,- 350,-

als voorgaand muntmeesterteken: V (KJ. de Vogel)

1833.

21.777.716*

7,-

14,-

25,-

40,-

1834.

66.237.000

4,50

12,-

18,-

25.-

1835.

48.674.056

4,50

12,-

18,-

25,-

1836.

94.824.715

3.50

7,-

12-

20,-

1837**

182.887.613***

3.50

7-

12,-

20,-

inclusief 1833 muntmeesterteken D

** bestaat met platte en ronde drie in het jaartal *** totaal van 1837 muntmeesterteken V, C en J

als voorgaand

muntmeesterteken: C (N. Coblijn) 1837 182.887.613*** -,-

als voorgaand

muntmeesterteken: J (LJ. Jeekel) 1837* 182.887.613*** 3,50 6,- 12,-20,-

1837* 235.523.965 3,50 6,- 12,-20 -

1839 314.952.970** 3,50 6,- 12.-20 -

bestaat met platte en ronde drie in het jaartal, tevens met Romeinse I en Arabische 1

** inclusief 1839 muntmeesterteken W

*** totaal van 1837 muntmeesterteken V, C en J

als voorgaand

muntmeesterteken: W (C.H. Willmans)

1839 314.952.970** 3,50

6-

12,-

20,-

1840 461.725.680 3,50

** inclusief 1839 muntmeesterteken J

6,-

12,-

20.-

de slagaantallen van 1839-1840 zijn niet veelzeggend omdat daarin ook het aantal duiten met VOC en het jaartal 1790 is opgenomen er bestaan veel variaties door het gebruik van verschillende stempels

 

 

WILLEM III 1849-1890

1/2 cent

voorzijde: gekroond Nederlands wapen daaronder 1/2 CENT, keerzijde: Maleise tekst: saper doewa ratoes roepijah

Javaanse tekst: sa-pärä-rong-atoes roepijah metaal: koper; gewicht: 2,3 gram diameter: 17 mm; rand: glad

1/2 cent

muntteken: mercuriusstaf

muntmeesterteken: zwaard

F

ZF

P

FDC

1855

enkele proefstukken

225,-

400,-

1856

10.800.000

18-

40.-

70,-

90,-

1857

36.800.000

7,-

16.-

45,-

70,-

1858

53.588.017

4.50

10,-

30,-

45,-

1859

219.600.000

2,-

4,50

18-

35,-

1860

107.123.913

2-

4,50

20,-

40,-

 

WILHELMINA 1890-1948

1/2 cent

als voorgaand, iets andere tekening

1/2 cent

muntmeesterteken: hellebaard

1902 20.000.000

4,50 7,-

10,-

14,-

20,-35,-

60.-

90.-

1908ca. 10.600.000

muntmeesterteken: hellebaard

1909ca. 4.400.000

met ster

14-

30,-

60,-

120,-

als voorgaand, wapen en kroon smaller.

grotere

letters

en lager

reliëf muntmeesterteken: zeepaard

1914 50.000.000 1,-

2,50

4,50

7,-

1916 10.000.000

2,50

7,-

12,-

16,-

1921 4.000.000

10,-

25,-

45,-

80,-

1932 10.000.000

2,50

7,-

12,-

16.-

1933 20.000.000*

2,50

4.50

10,-

14,-

* inclusief 1933 druiventros

muntmeesterteken: druiventros

F

ZF

P

FDC

1933

20 000 000*

115

225

350

450

1934

30.000.000

F-

2'50

4^50

9>

1935

14.000.000

2,-

5,50

10,-

15,-

1936

12.000.000

2,-

5,50

10,-

15,-

1937

8.400.000

3,50

9,-

18,-

27,-

1938

3.600.000

7 -

16 -

28

45

1939

2.000.000

12,-

22,-

35,-

70,-

inclusief 1933 zeepaard

als voorgaand, doch van brons muntteken: P (Philadelphia) "muntmeesterteken": palmboom

1945 400.000.000

0,25 0,75 1,-

 

WILLEM III 1849-1890

1 cent

voorzijde: gekroond Nederlands wapen daaronder 1 CENT.

keerzijde: Maleise tekst: saperatoes roepijah

Javaanse tekst: sa-pärä-satoes-roepijäh

metaal: koper; gewicht; 4,8 gram

diameter: 23 mm; rand: glad

1 cent

muntteken: mercuriusstaf

muntmeesterteken: zwaard

1855

100.000

25,-

70,-

185,-

280,-

1856

67.900.000

4,50

12,-

30,-

45,-

1857

162.000.000

2,50

7,-

16,-

35,-

1858

119.430.741

2,50

7,-

16,-

35,-

1859

40.800.000

4,50

12,-

28,-

45,-

1860

14.455.000

7,-

20,-

35,-

60.-

 

VVILHELMINA 1890-1948

1 cent, als voorgaand

1 cent

muntmeesterteken: hellebaard

F

7,-

ZF

14.-

P

30,-

FDC

75-

1896 60.400.000

1897 69.600.000

7,-

14.-

30,-

75,-

1898 36.600.000

7,-

16,-

35,-

80,-

1899 18.400.000

9,-

20.-

45,-

100,-

1901 15.000.000

9,-

20-

45.-

100,-

muntmeesterteken en letters iets

1902 10.000.000

groter

7,-

18-

35,-

75,-

1907 7.500.000

9.-

22,-

40.-

85,-

1908 12.500.000

7,-

16,-

28,-

60,-

muntmeesterteken: hellebaard en

1909 7.500.000

ster

9-

22.-

45,-

100,-

muntmeesterteken: zeepaard

1912 25.000.000

4.50

12.-

20,-

55,-

als voorgaand, wapen en kroon smaller, grotere letters en minder reliëf

1914

85.000.000

2,-

4,50

7,-

16,-

1916

16.440.000

4.50

12,-

20,-

40,-

1919

20.000.000

4.50

12,-

20,-

40,-

1920

120.000.000

1,-

2.-

4,50

9,-

1926

10.000.000

3.50

12,-

25,-

40,-

1929

50.000.000

1,-

3,50

7,-

14,-

 

1 cent

voorzijde: rijstaar rond centrale opening, daaronder 1 C-t keerzijde: Maleise tekst: saper saratoes roepijah

Javaanse tekst: sa-pärä-satoes-roepijäh

metaal: brons; gewicht: 4,8 gram

diameter: 23 mm; rand: glad

1 cent1 cent

muntmeesterteken: druiventros

F

ZF

P

FDC

1936

52.000.000

0,50

1,50

3,50

14,-

1937

120.400.000

0,20

1,-

2,50

10,-

1938

150.000.000

0,20

1 -

2,50

8,-

1939

81.400.000

0,50

1,50

3.50

12.-

als voorgaand

1 cent

muntteken: P (Philadelphia) "muntmeesterteken": palmboom

1942 100.000.000 0,50 1,-

1945 335.000.000 0,20 0,50

als voorgaand

muntteken: S (San Francisco)

1945 102.568.000 0,50 1,-

als voorgaand

muntteken: D (Denver)

1945 133.800.000 0,50 1,- 2,-

 

 

WILLEM III 1849-1890

2,5 cent

voorzijde: gekroond Nederlands wapen, daaronder 1 1/2 CENT, keerzijde: Maleise tekst: saper ampat poeloh roepijah

Javaanse tekst: sa-pärä-patung-poeloh roepijah metaal: koper, gewicht: 12,5 gram diameter: 31 mm; rand: glad

2,5 cent

muntteken: mercuriusstaf

muntmeesterteken: zwaard

F

ZF

P

FDC

1856

2.480.000

20,-

70,-

125,-

200,-

1857

36.500.000

6,-

20,-

35,-

60,-

1858

40.989.886

6,-

20,-

35-

60,-

 

WILHELMINA 1890-1948

2,5 cent

als voorgaand

muntmeesterteken: hellebaard

1896

1.120.000

20.-

60.-

125,-

240,-

1897

18.105.230

4.50

14.-

28,-

60,-

1898

7.600.000

7.-

20-

35,-

85,-

1899

10.400.000

4.50

14.-

28,-

60,-

als voorgaand, iets kleiner muntmeesterteken

1902

6.000.000

7.-

20,-

35,-

85,-

1907

3.000.000

12.-

30,-

55,-

125,-

1908

5.940.000

7.-

20,-

35,-

75,-

muntmeesterteken

i: hellebaard

met ster

1909

3.060.000

12,-

30,-

55.-

125,-

2,5 cent2,5 cent

muntmeesterteken: zeepaard

F ZF P FDC

1913 4.000.000 12,- 35,- 60.- 125,-

als voorgaand, kroon en wapen smaller, grotere letters en minder reliëf

1914

22.000.000

3,50

9,-

18,-

40-

1915

6.000.000

7,-

18,-

35,-

85.-

1920

48.000.000

2,-

7,-

14,-

30,-

als voorgaand; iets andere tekening; brons

2,5 cent

muntteken: P (Philadelphia) "muntmeesterteken": palmboom

1945 200.000.000 0,50 1- 2,-

 

WILLEM III 1849-1890

1/20 gulden

voorzijde: gekroond Nederlands wapen tussen 1/20-G keerzijde: Maleise tekst: saper doewa poeloh roepijah

Javaanse tekst: sa-pärä-rong-poeloh roepijah metaal: zilver; gehalte: 720/1000; gewicht: 0,61 gram diameter: 12,5 mm; rand: gekarteld

1/20 gulden

muntteken: mercuriusstaf (Utrecht) muntmeesterteken: zwaard

F

ZF

P

1854

ca. 1.000

45.-

115.-

225,-

1855

491.960

2,50

7,-

12 ,-

FDC

350,-

25,-

 

WILHELMINA 1890-1948

5 cent

voorzijde: rijstaren rond centrale opening, kroon en 5 - Ct keerzijde: oosterse versiering

Maleise tekst: saper doewa poeloh roepijah

Javaanse tekst: sa-pärä-rong-poeloh roepijäh metaal: nikkel; gewicht: 5 gram diameter: 21 mm; rand: glad

5 cent5 cent

muntteken: geen muntmeesterteken: geen

1913

60.000.000

1.-

2,50

14-

1921

40.000.000

2-

4,50

18.-

1922

20.000.000

3,50

7,-

22.-

35,-

40.-

50,-

 

WILLEM III 1849-1890

1/10 gulden

voorzijde: gekroond Nederlands wapen tussen 1/10-G keerzijde: Maleise tekst: saper poeloh roepijah

Javaanse tekst: sa-pärä-sa-poe-loeh-roepijäh metaal: zilver; gehalte: 720/1000, gewicht: 1,25 gram diameter: 15 mm; rand: gekarteld

1/10 gulden

muntteken: mercuriusstaf

muntmeesterteken: zwaard

F

ZF

p

FDC

1854

3.550.000

3,50

7.-

14,-

35,-

1855

6.452.000

3,50

7,-

12,-

28,-

1856

3.000.000

4,50

10,-

20,-

40,-

1857

11.000.000

2.-

4.50

9,-

25,-

1858

14.000.000

2,-

3,50

9,-

25,-

muntmeesterteken: bijl

1882

7.500.000

2.-

4,50

12,-

25,-

1884

3 550 000

7

14 -

28

60

1885

825.000

35^-

10-

140,-

225,-

 

WILHELMINA 1890-1948

1/10 gulden

als voorgaand, maar sapoeloh

i.p.v. poeloh in de Maleise tekst

1/10 gulden

muntmeesterteken: hellebaard

1891.

5.000.000

2,-

4,50

9,-

25.-

1893.

5.000.000

2-

4,50

9,-

25.-

1896.

3.075.000

4,50

12,-

22,-

45.-

1898.

2.500.000

7,-

18,-

35.-

60.-

1900.

6.850.000

2,-

4,50

9.-

25.-

1901.

5.000.000

3,50

7,-

12.-

30.-

als voorgaand, doch smallere kroon, breder wapen en lager reliëf

1/10 gulden

muntmeesterteken: hellebaard

F

ZF

P

FDC

1903

5.000.000

2,-

4,50

9,-

22,-

1904

5.000.000

2,-

4,50

9,-

22-

1905

5.000.000

2,-

4,50

9,-

25,-

1906

7.500.000

2,-

4,50

7,-

20,-

1907

14.000.000

1,50

3,50

7,-

20,-

1908

3.000.000

4,50

10,-

20,-

35,-

1909

10.000.000

2,-

3,50

7,-

20,-

als voorgaand, maar brede rand rondom de munt

1/10 gulden

muntmeesterteken: zeepaard

1910

15.000.000

4,50

10,-

16,-

30,-

1911

10.000.000

7,-

14,-

25,-

45,-

1912

25.000.000

2-

3,50

7,-

15,-

1913

15.000.000

2,-

3,50

10,-

25,-

1914

25.000.000

2,-

3,50

7,-

15,-

1915

15.000.000

2,-

3,50

10,-

25,-

als voorgaand, andere stand van muntteken en muntmeesterteken

1918

30.000.000

2-

3.50

6,-

14,-

1919

20.000.000

2,-

3,50

6,-

14,-

1920

8.500.000

2,-

4,50

10,-

22,-

1928

30.000.000

2,-

3,50

4,50

10,-

1930

15.000.000

2,-

3,50

6,-

14,-

als voorgaand, doch met smalle rand

1/10 gulden

muntmeesterteken: druiventros

1937.

20.000.000

0,50

1,-

2,-

4,50

1938.

30.000.000

0,50

1,-

2,-

4,50

1939.

5.500.000

3,50

7-

11,-

25,-

1940*

18.400.000

2,-

3,50

6,-

12,-

als voorgaand

inuntteken: P (Philadelphia) "muntmeesterteken": palmboom

ZF P FDC

1941 41.850.000

1945 100.720.000

0,50 1,- 2,50

0,50 1,- 2,-

als voorgaand

1/10 gulden

muntteken: S (San Francisco) "muntmeesterteken": palmboom

1941 58.150.000

1942 75.000.000

1945 19.280 000

0,50

1,-

2,-

0,50

1

2-

0,70

2,-

4.50

* van de 1/10 gulden 1940 zijn er 10.000.000 verscheept naar Nederlands Indië en 8.400.000 op last van de Duitse bezetter op de munt in Utrecht gesmolten

 

Stempelvariant

Stempelvariant

Detailvergroting

'A en 'A gulden 1834 overslag Onder de 3 is een 2 zichtbaar.

 

WILLEM I 1815-1840

1/4 gulden

voorzijde: borstbeeld van Willem I naar rechts, op afsnede van de hals: VAN DE GOOR F.

keerzijde: KWART GULDEN binnen palmtakken metaal: zilver; gehalte: 568/1000; gewicht: 4,06 gram diameter: 20 mm; rand: gekarteld

1/4 gulden

muntteken: mercuriusstaf muntmeesterteken: fakkel

F

ZF

P

FDC

1826

1.238.470

14,-

35,-

55,-

90,-

1827

1.003.400

14,-

35,-

55,-

90,-

18341

1834 overslag* 1

1.002.384

14,-

14,-

35,-

35,-

55,-

55,-

90,-

90,-

* zie detailvergroting pagina 243

muntmeesterteken: lelie

1840 973.270 14,- 35,- 55,- 90,-

 

WILLEM III 1849-1890

1/4 gulden

voorzijde: gekroond Nederlands wapen tussen 'A - G keerzijde: Maleise tekst: saper ampat roepijah

Javaanse tekst: sa-prapat roepijah metaal: zilver, gehalte: 720/1000; gewicht: 3,18 gram diameter: 19 mm; rand: gekarteld

1/4 gulden

muntteken: mercuriusstaf

muntmeesterteken: zwaard

1854

11.460.000

5,-

18,-

40,-

70,-

1855

4.540.608

10,-

25,-

45,-

80,-

1857

2.400.000

14,-

35,-

55,-

100,-

1858

4.800.000

10,-

25,-

45,-

80,-

muntmeesterteken

: bijl

F

ZF

P

FDC

1882

2.200.000

15,-

40,-

70-

115.-

1883

800.000

40,-

70.-

150,-

275.-

1885

1.750.000

20.-

45.-

80.-

125,-

 

WILHELMINA 1890-1948

1/4 gulden

als voorgaand, iets andere tekening

1/4 gulden

niuntmeesterteken: hellebaard

1890

1.140.000

15.-

35.-

80,-

120,-

1891

860.000

55,-

100,-

250,-

425,-

1893

2.000.000

14,-

35,-

65,-

110,-

1896

1.230.000

16.-

40,-

80,-

135.-

1898

3.000.000

10,-

22,-

45-

90,-

als voorgaand.

iets grotere letters en

muntmeesterteken

1900

2.800.000

10,-

22,-

45,-

90,-

1901

2.000.000

14.-

28.-

50-

100,-

1/4 gulden

als voorgaand, smallere kroon, breder wapen

muntmeesterteken: hellebaard

28.-

55.-

100,-

1903

2.000.000

14-

als voorgaand.

iets groter muntmeesterteken

1904

2.000.000

10.-

22,-

50,-

90,-

1905

2.000.000

10-

22,-

50-

90-

1906

4.000.000

7.-

16-

40,-

60,-

1907

4.440.000

7,-

16.-

40-

60,-

1908

2.000.000

10,-

22.-

50,-

80-

1909

4.000.000

7,-

16-

40-

60,-

 

als voorgaand, maar brede rand rondom de munt

1/4 gulden

muntmeesterteken: zeepaard

F

ZF

P

FDC

1910

6.000.000

9,-

20-

50.-

90,-

1911

4.000.000

9,-

22,-

55,-

95,-

1912

10.000.000

5-

12,-

35,-

70-

1913

6.000.000

9,-

18,-

45,-

80,-

1914

10.000.000

4,50

9,-

25,-

50-

1915

6.000.000

5,-

12,-

35,-

70,-

1917

12.000.000

2,-

4,50

20,-

30,-

1919

6.000.000

5-

12-

35,-

70,-

1920

20.000.000

2,-

4,50

20,-

30,-

1921

24 000 000

2 -

4 50

20 -

25 -

1929

5.000.000

3 50

7 -

25 -

40 -

1930

7.000.000

2-

4,50

20,-

30,-

als voorgaand, doch met smalle rand muntmeesterteken: druiventros

1937

10.000.000

1.-

2,-

4,50

12,-

1938

12.000.000

1,-

2,-

4.50

12,-

1939

18.400.000

1,-

2,-

4,50

12,-

als voorgaand

1/4 gulden1/4 gulden

muntteken: P (Philadelphia) "muntmeesterteken'': palmboom

1941 34.947.000

als voorgaand

muntteken: S (San Francisco) "muntmeesterteken": palmboom

1941 5.053.000

1942 32.000.000

1945 56.000.000

0,50

1,-

2,-

3,50

6,-

16,-

0,50

1,50

2,50

0.50

1,-

2,-

 

WILLEM I 1815-1840

1/2 gulden

voorzijde: borstbeeld van Willem I naar rechts, op afsnede van de hals: VAN DE GOOR F.

keerzijde: HALVE GULDEN binnen twee palmtakken metaal: zilver; gehalte: 893/1000; gewicht: 5,38 gram diameter: 22 mm; rand: gekarteld

1/2 gulden

muntteken: mercuriusstaf

F

ZF

P

FDC

muntmeesterteken: fakkel

1826 516.700

22,-

55,-

90,-

135,-

1827 37.482

115.-

225,-

450,-

700,-

'""J 500.994

1834 overslag* J

* zie deiailvergroting pagina 243

22,-

55,-

90,-

135,-

22,-

55,-

90,-

135,-

 

1 gulden

voorzijde: borstbeeld van Willem I naar rechts, op afsnede van de hals diepliggend: MICHAUT

keerzijde: gekroond Nederlands wapen tussen 1 - G metaal: zilver; gehalte: 893/1000: gewicht: 10,77 gram diameter: 29 mm; rand: kabelrand

1 gulden

muntteken: mercuriusstaf muntmeesterteken: fakkel

1821

98.510

90,- 180,- 350.-

450,-

als voorgaand; gehalte: 945/1000; gewicht: 10 gram muntmeesterteken: lelie

1839 2.217.250 18.- 40,- 80,-

1840 1.981.267 18,- 45.- 90.-

115.—

135.-

 

1 gulden 1943

muntteken: D (Denver) "muntmeesterteken": palmboom zie onder Nederland

2‘/z gulden 1943 muntteken: D (Denver) "muntmeesterteken": palmboom zie onder Nederland